Heb jij tekort of genoeg. Deze vraag zullen weinig mensen aan zichzelf vragen. Je kunt in je idee tekort hebben maar in vergelijking met een ander weer genoeg hebben. Te kort of genoeg hebben kan je door verschillende opvoedingen en leefomstandigheden andere definitie geven.
Tekorten ontstaan door een stagnatie in de energie tussen geven en ontvangen.
In wezen is het dezelfde stroom. Echter blokkeert de stroom wanneer er niet oprecht gegeven of ontvangen kan worden. Gedachten als ‘Voor wat hoort wat.’ ‘Die persoon neemt alleen maar contact op als hij/zij wat van me nodig heeft.’ ‘Ik moet het nu hebben, straks is het er niet meer.’ ‘Je hebt nemers en gevers.’ Deze gedachten dienen niemand.
Het gaat om onvoorwaardelijk kunnen geven en ontvangen. Zonder je gebruikt of schuldig te voelen. Geven zonder iets terug te verwachten. Ontvangen zonder de plicht te voelen iets terug te moeten doen.
Er is genoeg. Van nature is er balans. Wij leven in een maatschappij van consume(erde)ren. Schaarste gedachten, die ons veelal zijn aangeleerd, zorgen ervoor dat we in de ‘hebben-hebben’ modus zitten en dat brengt disbalans. Wat hebben we als mens werkelijk nodig? Hoe zou het zijn als we meer zijn in plaats van denken dat we meer moeten doen en hebben?
Een inspiratieverhaal
De vos en de marter
Een man loopt in de herfst door het bos en ontdekt een vos die door een klem zijn voorpoten is kwijtgeraakt. Hij vraagt zich af hoe het mogelijk is dat de vos nog leeft. Dan ziet hij tot zijn verbazing een marter aankomen met een prooi in zijn bek. De marter deelt de prooi met de vos. Beiden krijgen ze zo genoeg te eten. De volgende dag krijgt de vos weer op dezelfde manier te eten. De man verbaast zich over Gods grootheid. “Ik ga ook gewoon onder en boom zitten wachten tot ik wat te eten krijg”, denkt hij.
Vol vertrouwen wacht hij op wat komen gaat; God zal hem zeker voorzien van alles wat hij nodig heeft. Dagenlang zit hij daar. Hij ziet overal om zich heen giftige paddenstoelen verschijnen. Verder gebeurt er niets. Als hij bijna van honger en dorst dreigt te bezwijken, hoort hij een stem: “Je bevindt je op een dwaalspoor. Open je ogen voor de waarheid! Volg het voorbeeld van de marter en stop met het imiteren van de ongelukkige vos.”